Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Als dan [1]de Heere verstond, dat de Farizeen gehoord hadden, dat Jezus [2]meer discipelen maakte en doopte dan Johannes; 1. Namelijk Jezus. 2. En overzulks vreesden dat zij hun aanzien bij het volk meer zouden verliezen door Hem, dan geschied was door Johannes; en dat zij daarover met nijdigheid en haat tegen Hem zo langer zo meer ontstoken werden, hfdst.11 vs.48.